Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog werd Duitsland overspoeld door een golf van nationalisme. De rekruteringsbureaus hoefden geen propaganda te voeren want iedere Duitser wilde vechten voor Kaiser und Vaterland. Hele pelotons wielrenners meldden zich voor Felddiensten en werden ondergebracht in zogenaamde Radfahrttruppen. Dat in iedere mof een vechtlustige Pruis school was ook goed te merken in de jaargangen van het wielerblad Radwelt. Tot aan het uitbreken van de Grote Oorlog domineerden achtergrondverhalen, foto’s, wedstrijdverslagen en, vooral, statistieken het blad. Bij het uitbreken van de oorlog veranderde de toon! Een IJzeren Kruis, de Rijksadelaar én een soldaat, uiteraard met een rijwiel, sierden het omslag . Onder leiding van hoofdredacteur Fredy Budzinski werden de kolommen gevuld met de heldendaden van de Teufelskerle auf den Rade, opgeleukt met foto’s van renners, nu getooid met Pickelhelm dan wel andere uniformen. Nauwkeurig werd bijgehouden waar de renners vochten, welke bekende renners aan het front verbleven en wie er onderscheiden werd met het IJzeren Kruis. Weggemoffeld werden ook de, aan het front, omgekomen jongens herdacht. In geallieerden dienst is aardig bekend welke renners gesneuveld waren. Van ‘gevallen’ Duitse coureurs is weinig bekend. Stuyfssportverhalen, in bezit van de complete jaargangen Radwelt 1903 tot en met 1928, heeft ze uit de loopgraven van het blad ‘opgediept’.
Van de Duitse gesneuvelden alleen de bekende renners:
1914: Paul Treciakowski won als renner in 1912 onder meer Rund um Dresden. Twee jaar later, aan het front bij Thin-le-Moutier, werd Paul, foto links, getroffen door een vijandelijke kogel.
1914: De wegrenners Höhne, Bierstedt, Rozenzweig, sneuvelen. Ook gangmaker Liese en stayer Engeman eindigden op das Felde der Ehre. Van al deze renners ontbreken nadere gegevens.
1915: Zoals zovele gangmakers en stayers nam Alfred Starkes dienst bij de Keizerlijke Luftwaffe. Helaas voor Alfred want aan het Westfront werd hij en zijn vliegtuig neergeschoten
1915: Theodor Menne, 23 jaar, sneuvelde op 26 mei.
1915: Josef Stubecke profrenner in 1911 sneuvelde aan het front van Saint-Julien.
1916: Topstayer Bruno Demke verruilde zijn fietsje voor de stuurknuppel van een vliegtuig, vocht boven het Westelijk Front. Met een in brand geschoten vliegtuig vloog Bruno veertig kilometer boven vijandelijke stellingen waarmee hij het IJzeren Kruis eerste klasse verdiende. Bruno, foto links, werd gewond naar de Heimat afgevoerd waar hij, eenmaal opgelapt, met zijn vliegtuig, opsteeg van vliegveld Doberitz. Hoog in de lucht begaf Bruno’s vliegtuig het. Demke werd 36 jaar.
1916: Franz Gregl, Oostenrijks toprenner, 26 jaar. wordt in een gevecht met vijandelijke vliegtuigen neergeschoten. Na zijn dood verkreeg Franz postuum het IJzeren Kruis eerste klas.
1916: Fritz Finns wegren, en gesneuveld.
1916: Albert Ritzenthaler, piloot, 27 jaar, begenadigd baansprinter, wordt tijdens zijn eerste vlucht neergehaald.
1916: Ludwig Opel, tweede op het wereldkampioenschap 1898, ‘valt’ op 14 april van dat jaar. Ludwig werd 36 jaar.
1916: Voor de achterblijvers is het sneuvelen van een dierbare altijd een drama. Maar de dood van Alex Benscheck moet een dubbel trauma zijn geweest. Op 6 augustus, op groot verlof in Frankfurt, werd Alex, foto links, tijdens de Kriegsmeisterschaft von Preuzen winnaar op de kilometer. Tien dagen later, aan het front, bij het schoonmaken van zijn geweer, vergat Benscheck dat in het magazijn nog een kogel zat. Met een schotwond in de borst stierf Alex.
1916: Richard Dottschadiss won, in 1912, Halle-Potsdam-Halle en nam in 1914 dienst. Vocht vrijwel onafgebroken in de loopgraven van het Westelijk Front en stierf daar uiteindelijk aan een blindedarmontsteking. Richard werd 23 jaar.

Terwijl bommen en granaten overvlogen was het ook even tijd voor de nieuwe Radwelt.

Arthur Engemann
1916: Josef Rieder won in 1912 de monsterrrit Bazel-Kleef over 620 kilometer. Beschikte niet alleen over uithoudingsvermogen maar was ook dapper. Verkreeg het IJzeren Kruis eerste klas en sneuvelde acht dagen later. Ook Rieder werd 23 jaar.
1916: Willi Theisz, sprinter, sneuvelt op 24 oktober. Willi werd 27 jaar.
1918: Aan het Westfront sneuvelden wegrenners Eickholl, Erxleben, en Alwin Vater. In hetzelfde oorlogsjaar sneuvelde gangmaker Rudolf Cantieni, door een granaatsplinter getroffen. Rudolf genoot bekendheid als de gangmaker waarachter wereldkampioen Robl grootse triomfen vierde. Na vier jaar als krijgsgevangenen doorgebracht te hebben in Siberië, sterft op de terugreis naar de Heimat, Willi Kupferling.
Gesneuvelden geallieerde renners
1914: Emile Engel, net 25 jaar geworden, wint een etappe in de Tour de France. Het is Emile’s enige grote wapenfeit want nauwelijks drie maanden later, aan het Marnefront, sneuvelt hij. Engel werd 25 jaar.
1914: René Jean Perreard, Marius Vilette, Francois Cordier, Frederic Rigaux en René Etien, wielrenners sneuvelden bij de Slag om Gallipoli.
1914: Victor Fastre, Belgisch beroepsrenner van 1910 tot 1914. Won in 1909 Luik-Bastenaken-Luik. Op 12 september, bij het verdedigen van zijn vaderland, viel Victor, 24 jaar.
1914: Frank Henry, voor de oorlog de beste amateur van Frankrijk, sneuvelde in de eerste maanden van de oorlog.
1915: Ook prof Alfons Landuyt afkomstig uit het Vlaamse Niel, werd onder de wapens geroepen. Alfons die gold als een grote belofte, werd als motorrijder getroffen door een Duitse granaat.
1915: Op 28 augustus werd Pol Gabriels in een hinderlaag gelokt. Pol, foto links, vluchtte maar werd in de buurt van Ryckevorsel door een Duitse patrouille onder vuur genomen. Met twaalf kogels in zijn lijf stierf d’n Pol.
1915: Luxemburger François Faber gold als de sterkste wegrenner van zijn tijd. Faber was een alleskunner en won onder meer de Ronde van Frankrijk, de ronde van Lombardije, Parijs-Roubaix, Parijs-Tours, Parijs-Brussel en Bordeaux-Parijs. Als Luxemburger voelde hij zich geroepen om Frankrijk, zijn tweede vaderland, te dienen en nam dienst bij het Vreemdelingenlegioen. Op 9 mei 1915, tijdens gevechten aan het front, kreeg François een telegram met de mededeling dat hij vader was geworden van een dochter. Faber sprong schreeuwend op van blijdschap. Iets wat een Duitse sluipschutter ook zag. Faber werd 28 jaar.
1915: Twee voormalige wielerkampioenen in één vliegtuig, zo’n buitenkansje kan de Engel des Doods niet lagen liggen. Leon Hourliers, voormalig Frans sprintkampioen, en zijn zwager profrenner Henry Comes, hadden de fiets omgeruild voor het gevechtsvliegtuig. Tussen de gevechten door én om te ontspannen leek het Hourlier en Comes, foto links, wel aardig om een bokswedstrijd van Georges Carpentier, die honderd kilometer van de basis een gevecht had, te bezoeken. Omdat de wegen door Duits vuur té gevaarlijk waren én de tijd tekort, werd gevlogen. Vliegend tussen Cuperly en Saint-Étienne au Temple stopte op onverklaarbare wijze de motor en stortte het vliegtuig neer. Leon Hourlier, 29 jaar werd samen met Comes 26 jaar, begraven.
1915: Paul Gombault stayer, met het wereldrecord over de vijftig kilometer, stort met zijn vliegtuig neer.
Alfred le Bars, en Anselme Mazan werden gedood in het Bois de Gruere juni 1915.
1915: Gangmaker Marius Thé, ook wel de ‘Koning van de Gangmakers’ genoemd, doet wat van hem verlangt wordt en meldt zich aan voor militaire dienst. Als brigadier, kanonnier sneuvelt hij tijdens de Slag om Artois. Thé werd drieënveertig jaar.
1916: Emile Friol was twee keer wereldkampioen op de sprint, meerdere keren de beste van Europa en won meer dan 24 grote sprinttoernooien. Als dienstplichtige motorordonnans verongelukte Emile, foto links, tijdens legerdienst.
George Boillot won ooit in één jaar 60 van de 65 wielerkoersen, wordt tijdens een luchtgevecht in de buurt van Verdun naar beneden geschoten.
1917: Hoewel Carlo Oriani in 1912 de ronde van Lombardije en een jaar later de Giro won, kreeg hij toch een enkele reis naar de loopgraven. Op 3 december 1917, bij het redden van anderen, verdronk Carlo die maar 29 jaar werd.
1917: Voordat Octave Lapize zich aanmeldde bij de luchtmacht won hij 1910 de ronde van Frankrijk, en schreef nog eens drie keer Parijs-Roubaix op zijn erelijst. Tijdens een routinevlucht werd Octave verrast door vier Duitse Fokkers die de voormalige Tourwinnaar prompt uit de lucht schoten. Lapize werd 30 jaar.

Een plaquette ter nagedachtenis aan Francois Faber in het kerkje van Vimy.
1917: Lucien Petit-Breton komt de eer toe als eerste Fransman twee keer de Tour gewonnen te hebben. Lucien sloeg toe in 1907 én 1908. Bij het uitbreken van de Grote Oorlog nam Petit dienst bij het 11e Legerkorps en vocht in de loopgraven. Aan het front werd hij diverse keren getroffen door Duits vuur, maar herstelde daarvan. Op 20 december was zijn geluk op. Als ordonnans botste hij met een legervoertuig frontaal op een tegenstander. Lucien werd 35 jaar.
1917: Francois Lafourcade, bedwong in 1910 als eerste renner, zonder van zijn fiets te stappen, de col d’Aubisque, sneuvelde op 10 augustus. Francois werd 36 jaar.
1917: Bij een luchtgevecht boven Pont à Mansson, sneuvelt Emiel Engel.
1918: Fransman George Parent drievoudig wereldkampioen stayeren, vocht voor zijn vaderland, raakte meerdere keren gewond, maar stierf, drie weken voor het eind van de oorlog, in de loopgraven van Saint-Germain-en-Laye, aan de Spaanse griep. George werd 33 jaar.
1918: Georges Bronchard ‘rode lantaardrager’ in de Tour van 1906, overlijdt in de ambulance die hem zwaar gewond van het front afhaalde.
Vind ik leuk:
Vind-ik-leuk Laden...