Bonte hond in een wereld van grijze droogkloten

Vandaag, 11 November! Vierennegentig jaar geleden de  laatste dag van de waanzinnige Eerste Wereldoorlog. De dag die de geschiedenis inging als ‘Wapenstilstandsdag’. Groots gevierd én herdacht in België, Frankrijk én Engeland.  Ruim negen miljoen jongens bleven op het slachtveld achter. Ook Jean Bouin.

Eerst wat kniebuigingen. Stak dan een vers sigaartje op, nam een diepe haal,  liet de nicotine tot de enkels zakken. Parkeerde het sigaartje los in de mondhoeken en gaf de trainer opdracht de stopwatch in te drukken. Jean Bouins dagelijkse training nam een aanvang. Jean, levensgenieter, hield van een goed glas wijn en rookte als een schoorsteen.
Maar was óók een middenafstandsatleet. Jean mocht dan een merkwaardige sportbeleving op na houden, zijn trainingen waren hard, en lang. De mores dat topsport gepaard gaat met Spartaanse zelfkastijding, strafte Jean af.  Die nam het leven niet al te serieus. Ondanks dát liet hij de stopwatches vier keer stilstaan op een nieuw wereldrecord.
Records die tientallen jaren standhielden. Jean Bouin, de man met de bruine vingertoppen, rende in 1909 de tien kilometer in een tijd van dertig minuten. De wereldrecordhouder,  geboren en getogen in Marseille, mocht de Franse kleuren op de Olympische Spelen van 1908 verdedigen. De Marsiliaan was dé favoriet voor de vijfduizend meter.
Ver voor het begrip ‘rock ’n’ roll’ had Jean dat al uitgevonden. Lag de concurrentie strak van de zenuwen in bed  naar het plafond te staren, niet Bouin, die bracht de nacht door in de Londense hoerenbuurt. Raakte prompt betrokken bij een knokpartij in een kroeg, werd gearresteerd en miste een dag later de finale.
Vier jaar later op de Spelen van Stockholm is Bouin, wél van de partij. De kleine pezige hardloper, met een vers wereldrecord op tienduizend meter, had iets goed te maken.  En dat lukte niet helemaal: ‘slechts’ zilver.
Jean, bonte hond  in een wereld van grijze droogkloten want atleten, zwoor wraak. Bij de Spelen van 1916 ging hij orde op zaken stellen. Maar zo ver kwam het niet. De Eerste Wereldoorlog brak uit. Jean Bouin, had hoogstwaarschijnlijk het gevoel iets goed te moeten maken voor volk en vaderland. Met de kreet ‘vive la France’, nam hij vrijwillig dienst bij het 163e Infanterie Regiment. De atletiekbaan  omgeruild voor de loopgraven.
Als het waar is dat je tijdens de laatste seconden in dit aards tranendal je leven langs ziet komen dan zag Jean Bouin, zijn verloofde Rose, z’n geliefde Marseille, en stadions met kolkende tribunes. Even later, tijdens  één van de eerste grote Duitse aanvallen, september 1914,  sneuvelde Frankrijks meest kleurrijke atleet ooit.
Na eerst begraven te zijn geweest op het ‘kameradenkerkhof’ werd zijn lichaam  in 1922  overgebracht naar Marseille, waar hij door de hele stad uitgeleidde werd gedaan. Jean Bouin werd 25 jaar. Verloofde Rose deed het iets beter. Op ruim honderdjarige  leeftijd vertrok zij in 1987 naar haar grote liefde Jean.

Foto 1: Jean Bouin met sigaartje. Foto 2: Bouin vlak voor zijn dood. Foto 3: Zijn graf in Marseille. Bron: Vie au Grand Air, jaargang 1912 en 1913, Wikipedia.

One Response to “Bonte hond in een wereld van grijze droogkloten”

  1. Jan van der Horst Says:

    Lang leve volk en vaderland!
    Goed verhaal André!


Geef een reactie

error: Inhoud is beschermd!

Ontdek meer van Stuyfssportverhalen

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder