Half april wordt de Piet Dickentmanbrug opgeleverd

Achtentwintig jaar koerste hij  achter de zware motor.  Het waren jaren van euforie met honderden overwinningen waaronder een wereld-  en Europese titels én snelheidsrecords. Jaren  overgoten met een saus van horror. Tijdens zijn carrière, begonnen in 1901, sneuvelden in de loopgraven van de wielerbanen tweeënvijftig stayers en gangmakers. De houdbaarheidsdatum van stayers was nou eenmaal niet hoog. Als ze de uitgestoken klauwen van Magere Hein hadden genegeerd dan lonkte wel het invalidenkarretje. Of ze werden bevangen door woeste onbeteugelde angst. Stayers gingen niet lang mee. Behalve die ene afkomstig uit de Amsterdamse Jordaan. Piet Dickentman dus. Bijna vijftig jaar oud, gloeide in dat afgetrainde, tanige en ouwe lijf nog steeds de eerzucht.
Dickentman door de Duitse pers die alte Oberweltmeister genoemd ging maar door. Ondanks zijn leeftijd was de man niet de Eddy Wally van de wielerbanen. Van de meer dan honderd profstayers uitkomend op de Duitse wielerbanen en naar kwaliteit onderverdeeld in drie klassen kwam Dickentman tot het laatst uit in de hoogste klasse.  Directies van de wielerbanen in Nederland maar vooral in Duitsland hadden Piet graag op de aanplakbiljetten. Met op zijn shirt de drie kruisen van het  Amsterdamse wapen en achter zijn naam bijna vijf  kruisen, gaf  Piet  nog steeds waar voor zijn geld. En als die ouwe zijn dag had liet hij de rol achter de motor, roodgloeiend staan. 
Eind september 1928 nam Piet, bijna vijftig jaar, voor een vol Olympisch Stadion afscheid van zijn sport én publiek.
Niet veel later opende de gepensioneerde rolrijder  in de Scheldestraat  een fietsenzaak. Tientallen jaren wist Dickentman in zijn levensgevaarlijke sport de dood te ontwijken. Maar als je op de bucketlist van Hein staat is er geen ontsnappen mogelijk.  Piet Dickentman  werd uiteindelijk tóch het slachtoffer van zijn sport.
In 1950 overleed deze, allergrootste sportman van Amsterdam, op zeventigjarige leeftijd, aan de gevolgen van longkanker, opgedaan tijdens de duizenden koersen in de uitlaatgassen van de motor.
Zevenenzestig jaar na zijn overlijden krijgt hij eindelijk zijn lang verwachte eerbetoon. Over twee weken wordt op het Amsterdamse Zeeburgereiland de Piet Dickentmanbrug opgeleverd.

Foto 1: Foto 1: Dickentman in 1905, aan de vooravond van zijn imposante carrière. Foto 2: Bijna vijftig jaar oud en vlak voor zijn allerlaatste koers.

Brug vernoemd naar Piet Dickentman

Het was een lobby die vijf jaar duurde. Jaren waarin Stuyfssportverhalen allerlei Amsterdamse gemeentelijke instanties bestookte met mailtjes, brieven, telefoontjes, met die ene vraag: waarom sportheld Piet Dickentman nog steeds zijn verdiende erkenning niet krijgt.  Burgemeester Van der Laan werd daarbij niet overgeslagen. Terzijde: ik sluit niet uit dat op diverse Stadsdeelkantoren inmiddels ambtenaren rondlopen met een  ‘Piet Dickentman-syndroom’. Jammer, maar het doel heiligt de middelen.
Om het nóg meer onder de grote aandacht te brengen, publiceerde schrijver dezes een vijfkoloms verhaal over Dickentmans sportverleden in Het Parool. Toezeggingen en beloftes genoeg. Maar géén resultaat. Om een straat dan wel brug  in de hoofdstad, naar deze inmiddels totáál vergeten sportheld te vernoemen blijkt  taaie kost te zijn.
Over onrechtvaardigheid gesproken. Want als één Mokumer  daar recht op heeft, is het Piet. Precies een jaar geleden kwam de lobby in een stroomversnelling. De katalysator?  Een piepklein éénkolommertje in Het Parool waarin melding werd gemaakt dat Stadsdeel Oost-Watergraafsmeer in de nieuw te bouwen wijk Zeeburg een straat gaat vernoemen naar de vroegere Ajax-trainer Bobby Haarms.
Godverdegodver! En waarom Piet Dickentman niet? Piet was niet alleen Amsterdams eerste wereldkampioen want 1903, maar ook de eerste grote internationale sportman uit de hoofdstad. En nee, ik ga jullie niet wéér opzadelen met Dickentmans wapenfeiten. Wie dát wil weten moet maar even op deze blog neuzen. We hebben het over de flater waarom Dickentman van zijn Amsterdam nog steeds niet de eer kreeg waarop hij recht had en heeft.
Opnieuw een mail gestuurd richting Stadsdeel. Met resultaat. Ambtenaren zoals mevrouw Cheriff en vooral Floris Thoolen kregen de vastgelopen lagers in Dickentmans benoeming los.Daarvoor was dan wel de door Stuyfssportverhalen geschreven biografie van Dickentman, ‘Flirt met De Dood’,  voor nodig. Na het lezen daarvan belde een paar dagen later Thoolen, ‘coördinator naamgeving openbare ruimte’, met de mededeling dat Dickentman aan alle voorwaarden voldeed voor een straat dan wel een brug.
Uiteindelijk duurde het nog een jaar voor de kogel door de ambtelijke kerk was gejaagd. Als voorzetje daarop kwam op 16 maart j.l. het  mailtje van Thoolen, met de toezegging.
Eindelijk, zesenzestig jaar na zijn overlijden, krijgt Piet Dickentman de lang verdiende erkenning. In de nieuwe wijk Zeeburg wordt een brug vernoemd naar één van de allergrootste sporthelden uit Amsterdams historie. Wat vandaag door burgemeester en wethouders tijdens een raadsvergadering, officieel werd bevestigd.
In de Grote Stayershemel zit  Piet Dickentman ongetwijfeld goedkeurend te knikken.

error: Inhoud is beschermd!
%d bloggers liken dit: