Piet Dickentman deed niet mee. Waarmee het wereldkampioenschap 1907 op slag was gedevalueerd. Dickentman was namelijk afwezig bij het nationale kampioenschap. De moraalridders van de Nederlandse wielerbond waren er als de kippen bij om de allerbeste stayer van dat jaar een startverbod te geven. Het kon de Amsterdammer – een binnenzak vol contracten in Duitsland – aan zijn reet roesten.
Een gedevalueerd kampioenschap dus, gehouden op een zonnige zondag in het Parc des Princes, Parijs. Waar tubes op oorlogspanning stonden. Strychnine én cocaïne door rennerslijven klotsten. Gangmakers motoren aanduwden. Kerels met hoge kachelpijpen op als gieren rond renners cirkelden. Een onbekende fotograaf meesterlijke foto’s voor het nageslacht maakte. En Louis Darragon, Karel Verbist én Parent op papier de sterksten waren. Dat waren dan ook de drie favorieten. De rest was programmavulling. Renners met namen als Lorgeou, Dussot, en Rosenlöcher diep weggezakt in de spelonken van de sportgeschiedenis. Tweede garnituur, maar uiteindelijk wél mazzelpikken. Zij bliezen tenminste op hoge leeftijd hun laatste ademtocht uit tussen de witte lakens.
Maar dit gaat over het wereldkampioenschap stayeren 1907. Een koers om te vergeten. Een gebeurtenis van niks. Waar niets schokkends gebeurde maar uiteindelijk toch een wedstrijd voor fantomen werd. Tragiek op een stayersfietsje. Met ver aan de horizon beelden van een moratorium en lijkkoetsen.
Louis Daragon, achter gangmaker Franz Hofmann, werd kampioen. Karel Verbist, getrokken door Stan Ceurremans tweede. Gangmaker Naso voerde de brave sukkel Parent naar het brons. Bij de huldiging sloegen de jongens elkaar op de schouders. Opgelucht dat ze het weer overleefd hadden. Stayeren in de belle époque. Dat was leven bij de dag. En vooral niet stilstaan bij de toekomst. Verstandig. Het lot was toch al bepaald. Gelukkig maar. Want fietsen achter zware motoren daar behoort drama aan te kleven. En dat kwam. Het erepodium wachtte een finale die Stephen King niet had kunnen verzinnen.
Twee jaar later viel Karel Verbist, namelijk te pletter gevallen, en kon zich bij zijn Schepper melden. Louis Darragon en Parent volgden negen jaar later. Frans Hofmann en Stan Ceurremans jaren lang uit de knoken van De Dood gebleven, verongelukten in de jaren twintig.
En Piet Dickentman? Ouwe Piet moet een verbond met de duivel hebben gesloten. Zoveel is zeker. Wat gestaafd wordt door de macht van het getal. De man had dertig jaar achter de zware motor gekoerst wat staat voor zo’n duizend vaak levensgevaarlijke koersen, zag meer dan zeventig van zijn collega’s sneuvelen. Op zeventigjarige leeftijd begaf zijn sterke lijf het en nam de ouwe krijger plaats aan de stamtafel in de Grote Stayershemel. En reken maar dat daar prachtige en sterke verhalen verteld worden.
Foto 1: Start wereldkampioenschap stayeren 1907. Foto 2: De lijkkoets met Louis Darragon in de straten van Parijs. Foto 3: Parc des Princes.
Bron: Radwelt jaargang 1907.
Geef een reactie