In Nederland werd ze bespot, nageroepen, uitgelachen en gediscrimineerd. Eenmaal de koersen in België ontdekt, werd ze als wielrenster wél uiterst serieus genomen. Op Vlaamse wegen waar iedere week dameskoersen verreden werden, was zij één van de beteren. Ze had de vaderlandse sportgeschiedenis in kunnen gaan als zesvoudig wereldkampioen op de weg. Uiteindelijk bleef de teller op ‘slechts’ twee titels bleef steken. Mien van Bree moest in de jaren dertig niet alleen afrekenen met vooroordeel maar ook met een foutje van de natuur…
Het is de nachtmerrie van iedere prof! Ben je aan het trainen krijg je een jong meisje op een sportfietsje, mét plat stuur, achter je aan. En hoe hard je ook rijd, ze is niet te lossen. Piet Moeskops, vijfvoudig wereldkampioen sprint vatte het sportief op. Piet, in de nadagen van zijn imposante carrière, had dat moment al aan zien komen. Ieder vrij uurtje zag hij zijn buurmeisje met rode konen op de fiets door het dorp razen. En op het duinpad zat ze opeens aan zijn wiel en volgde speels de trainende Moeskops. Mientje van Bree was voor de sprintkampioen geen vreemde. Beiden waren geboren en getogen Loosduiners. ‘Meid wat rij jij goed. Als je op een racefiets ging zitten, zou je heel veel jonge renners kloppen’, wist Moeskops zijn eer te redden.
Mientje, dat grietje uit Loosduinen, knoopte de woorden van haar illustere dorpsgenoot goed in haar oren. Na twee jaar ieder dubbeltje drie keer omgedraaid te hebben, was in 1934 eindelijk hét grote moment. De eerste racefiets, een lichtgewicht Magneet, werd aangeschaft. In Frankrijk, België, Duitsland én Engeland werd volop door meiden gekoerst. Niet in het achterbakse, zwaar verzuilde Nederland. Als vrouwen al aan sport móchten doen, was het korfballen, hockeyen of zwemmen. Meisjes op een racefiets waren behoorlijk verdacht. De conservatieve Nederlandse Wieler Unie maakte korte metten met fietsende meiden en vaardigde een oekaze uit: wedstrijden voor dames waren verboden. Voor Mien van Bree, die als een soort rariteit de Zesdaagse van Amsterdam met een rondje fietsen mocht openen, restte maar één ding: uitwijken naar België.
Bij de zuiderburen werd het damesfietsen wél serieus genomen, want iedere week meerdere koersen waar flink wat geld te verdienen viel.
Vanuit Den Haag vertrok Mien op de fiets naar Deurne, waar ze direct haar eerst grote wedstrijd won. Mien fietste niet voor de kat zijn ‘derde oog’. In 1937 werd ze Europees kampioen. De honderd kilometer reed ze met een gemiddelde van zevenendertig in het uur. Binnen een jaar gold Mien bij de gokkers als favoriet.
Tientallen koersen schreef de Loosduinse op haar naam. Maar de Vlaamse gokker die tijdens de officieuze wereldkampioenschappen van 1935, 1936 en 1937 zijn geld op Mien gezet had was blut. Met een tweede plek greep de Loosduinse telkens naast de winst. De frustratie begon al in 1935 bij het kampioenschap in Schaarbeeck, een koers over honderdtwintig kilometer, waar Van Bree geklopt werd door Elvire de Bruyn. De twee opeenvolgende kampioenschappen waren een herhaling van zetten. De Bruyn eerste en Van Bree het zilver.
Mien van Bree, afkomstig uit de Zuid-Hollandse provincie, was niet helemaal achterlijk. Over die De Bruyn had ze zo haar bedenkingen. Het was haar al opgevallen dat Elvire nogal breed in de schouders was, en de spierkracht had van een kerel. En dan die zware stem… Hoewel nog een onbekend fenomeen, bleek dat Mien van Bree geklopt was door een transgender. Een jaar na haar laatste kampioenschap liet Elvire de Bruyn, afkomstig uit Erembodegem, zich opereren tot man en ging verder door het leven als Willy. De Bruyn koerste nog een aantal jaren bij de mannen met duidelijk minder succes.
Uiteindelijk schreef Van Bree toch nog geschiedenis.
In 1938 werd Mien, over een race van honderd kilometer, in Rocourt wereldkampioene. Een jaar later in Charleroi deed ze het nog een keer over. Mien van Bree, pionier van het vaderlandse dameswielrennen, stopte bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, met koersen.
Bronnen: Sportief Jaargang 1954, Les Sports Illustres jaargang 1934, 1937. Nieuwsbrief De Genderstichting jaargang 2005,.
Foto 1, 2: Mien van Bree, Foto 3: Start van het Europees kampioenschap 1937, Foto 4: Elvire de Bruyn.
februari 10, 2011 at 8:53 pm
Mooi verhaal, ik had nog nooit van haar gehoord.
maart 7, 2011 at 2:30 pm
Goed verhaal van een onderkend grootheid