De Zesdaagse van Berlijn 2011 zit er weer op. Met een kleine puntenvoorsprong ging de winst naar thuisrijders Robert Bartko en Roger Kluge: twee brave jongens in een fatsoenlijke zesdaagse. Honderd jaar geleden draaide het Berlijnse spektakel ook al om een thuisrijder…
Er stond jarenlange gevangenisstraf op. In het militaristische Duitsland van honderd jaar geleden weigerden alleen fatalistische idioten óf wielrenners hun dienstplicht. Voor Walter Rütt was de dienstplicht een optelsommetje van feiten. Of voor een paar pfenningen soldij klaar gestoomd worden tot kanonnenvlees, óf een fortuin verdienen op de koersfiets. Met de oproepkaart op zak was Walter er snel uit. Wat hem betrof mochten ze dat geweer mét uniform lekker in hun kont steken en hij verkaste naar Frankrijk.
Terwijl in de Heimat leeftijdsgenoten zich met Pruisische kadaverdiscipline lieten drillen voor de komende wereldoorlog, won de Berlijner, in 1907, als eerste mof de Zesdaagse van New York. Dat laatste was in de Duitse hoofdstad niet onopgemerkt gebleven. Om in de vaart der volkeren omhoog gestuwd te worden moest en zou Berlijn ook een Zesdaagse krijgen. Herr Knorr, een machtig wielermanager die alle toenmalige toppers onder contract had, kon dat klusje klaren. Om het sportpaleis vol te krijgen moest dan wel die scheisse Ruth aan het vertrek staan. Niemand minder dan de Duitse kroonprins zorgde ervoor dat de deserteur amnestie verkreeg.
Twintig koppels waaronder publiekstrekker Rüth gekoppeld aan Clark werden op 29 december 1909 weg geschoten voor de Sechstagen von Berlin.
Was het in de Newyorkse six sensatie, rock ’n’ roll, en vierentwintig uur per etmaal spektakel, veroorzaakt door een lawine van geldpremies: in Berlijn leek het wel een gebedsbijeenkomst van de Lutherse Kerk. Saaiheid troef. Dat laatste had met de gierigheid van Knorr te maken. Voor de renners geen premiespurts. Opschudding kwam toch. Tot afgrijzen van Knorr, de kroonprins en het hele sportpaleis, nam het sterke Franse koppel Berthet-Broco, op dag vier, de leiding met een ronde voorsprong. Om de boel te redden, want Rütt moest winnen, werd het koppel Berthet door Knorr beschuldigt van knoeierij en teruggezet naar de tweede plaats. Berthet, niet alleen werelduurrecordhouder met 41,520 kilometer, maar ook in het bezit van een scherpe tong, liet luidkeels het publiek weten dat de moeder van Knorr én trouwens van de hele jury, de hoer speelde. Exit voor Berthet die niet alleen zijn koffer maar ook de eerste trein naar Parijs kon pakken.
Met twee ronden voorsprong op het Nederlands-Amerikaanse koppel Stol-Walthour, was de uiteindelijke overwinning van Walter Rüth en Jackie Clark voor de baard van de vader van de kroonprins.
foto 1: Na afloop van de Berlijnse Zesdaagse van 1910. In het midden de winnaars Rutt en Clark. Links vooraan zittend Bobby Walthour met John Stol.
Foto 2: Rutt tussen de jachten door.
Foto 3: Jackie Clark. Foto 4: Berthet.
Bron: Revue der Sporten jaargang 1910.
februari 6, 2011 at 5:15 pm
Mooi verhaal weer André over de oerwielrenners.
Ik vraag me alleen af waarom je op de foto’s zo’n naam –
stempel plaatst, hier is toch geen sprake van eigendoms
rechten, dit soort foto’s kom je toch in alle historische wielerboeken tegen?
Groeten,
Bap van Breenen