Melvin Witteveen, vertrok afgelopen zomer richting Turkije waar hij, als Amsterdamse worstelaar, meestreed in meerdere olieworsteltoernooien: wat worstelen met geolied ontbloot bovenlijf en lange leren broek is. Dat hij daarmee opzien baarde is een understatement. Om als enige buitenlander mee te doen aan dé nationale sport was voor de media sensationeel nieuws. Roem was dan ook zijn deel al was het alleen maar in de Turkse gemeenschap in de hoofdstad door wie hij op straat regelmatig herkend wordt.
Leuk, dacht hij nog, toen hij zeven jaar geleden zijn lichaam met olijfolie insmeerde. Het strijdperk was een voetbalveld ergens in West en voor Melvin Witteveen, 32 jaar, stond zijn eerste optreden bij een olieworstelwedstrijd op punt van beginnen _ waar hij door een vrije inschrijving aan mee kon doen. Tegenstander was een gereputeerde prof, vers uit Turkije overgekomen, die wel trek had in dat Amsterdammertje. Witteveen verloor kansloos maar beloofde zich zelf op een revanche.
Witteveen is geen masochist die het wel fijn prettig vindt om van een Turkse klerenkast straf te krijgen. Voor de goede orde: als worstelaar, vrije stijl, zit hij al jaren bij de landelijke top en maakt hij deel uit van het team van Bert Kops. Neem nu alleen dit seizoen: op één wedstrijd na heeft de onderwijzer van een basisschool uit Oost al zijn partijen gewonnen. Maar dan is er ook nog het worstelen met een olie ingesmeerd lijf, wat voor Turken hetzelfde is als schaatsen voor een Hollander. Mateloos populair. Ook bij Witteveen, die is sinds dat eerste gevecht zich daarop gaan toe leggen. Getraind werd er met een paar Turkse vrienden. En niet voor de kat zijn derde oog, want iedere zomer organiseerde de Turkse gemeenschap, ergens in den lande wel een toernooi. Behalve dit jaar. En als dan een goede vriend, uit het oliewereldje, in Ankara woont, was een telefoontje voor Witteveen voldoende om een waanzinnig avontuur te beleven.
,,Kom maar hier naar toe’’, riep deze, een voormalig Olympisch medaille winnaar bij het worstelen, die zich nu toegelegd heeft op het olieworstelen. ,,Kan je meteen meedoen aan een toernooi in de stad Fethiye’’, liet hij er nog op volgen. Witteveen kocht een vliegticket en samen met zijn Kispet, de leren broek van een olieworstelaar, werd hij gastvrij ontvangen.
,,Wij hebben eerst getraind in Ankara in een groot sportcentrum en waar ik veel Olympische sporters heb ontmoet. Samen met vijf andere Turkse worstelaars werd ik meegenomen in een busje op weg naar de wedstrijden. Zo’n toernooi duurt de hele dag en wordt bijgewoond door een paar duizend toeschouwers. Op een grasveld zijn meer dan twintig koppels aan het worstelen, en dat gaat volgens een knock-out systeem. Verliezen betekent dat je er uit legt.’’ Volgens Witteveen zijn sporters in Turkije echte helden en als je dan ook nog eens meedoet aan dé nationale sport van de natie dan kan je niet meer kapot. Hoewel sommigen ook dachten dat het om een smakelijke grap ging.
,,Het gebeurt wel eens dat ze bij een wedstrijd iemand uit het publiek halen om daar zogenaamd mee te worstelen. Dat dacht het publiek bij mij ook. Tot ze zagen dat ik het echt kon: toen viel het muntje. Dat werd ontzettend gewaardeerd. Ik kreeg veel media aandacht. Er volgde kranteninterviews maar ook een interview op de Turkse televisie. In mijn beste Turks heb ik uitgelegd wat ik doe, en dat moet heel hilarisch zijn geweest.. Witteveen is niet alleen een begenadigde worstelaar maar beschikt ook over de gave van het verhaal. Smakelijk vertelt hij verder. Zoals over dat toernooi ergens aan de grens met Armenië. Waar, volgens hem, uit de omliggende bergen een partij monsters op het toernooi afkwamen, compleet met scheve neuzen en bloemkool oren. ,,Zulke nekken’’, roept hij uit, en zijn handen maken de cirkel van een reddingsboei.
Er werd door Witteveen gewonnen en verloren. Zoals tegen die ene voormalig wereldkampioen worstelen. ,,Hij tilde mij op of ik met mijn eenentachtig kilo niks woog. Ik ging tegen die kerel zo gemakkelijk tegen de grond. Na afloop hoorde ik dat hij wereldkampioen worstelen geweest was. Maar ik heb ook wel gevochten tegen een vent van honderddertig kilo. Kijkend naar zijn buik wist ik al meteen dat hij niet zo vaak aan het rennen was in het Oosterpark als ik. Ik won dan ook.’’
En dan is er ook nog het fenomeen supporters en die kom je op de vreemdste plaatsen tegen. ,,Op de achterkant van mijn broek staat mijn naam. Dat heb ik gedaan omdat de Turkse worstelaars op die plek de naam van hun sponsor hebben staan. Komen er een paar jongens naar mij en die vroegen aarzelend of ik een Hollander was. Bleken het Turks-Nederlandse jongens te zijn die daar op vakantie waren. Geweldig vonden ze het dat ik dat deed.’’ Het laatste toernooi was meteen zijn ultieme moment, want Witteveen kreeg toen het idee in een Fellinifilm terecht te zijn gekomen. De partijen vonden plaats op het slotplein van een Middeleeuws kasteel.
,,Er waren daar geen sanitaire voorzieningen. Na de wedstrijden werden wij in een busje meegenomen naar de plaatselijke hamam. Bij olieworstelen is het heel normaal dat je elkaars rug wast. Stond ik onder de douche en werd mijn rug gewassen door de allerberoemdste Turkse prof. Kan je vergelijken als je als amateurvoetballer onder de douche staat met Beckham, Zidane of Vigo. En dan fiets je een paar dagen later weer als mister Nobody door Van Swindenstraat.’’
Helemaal anoniem is hij nou ook weer niet. Als leraar van groep acht op een basisschool in Oost is meester Witteveen, voor de Turkse jochies een held. Maar ook op straat of in het restaurant wordt hij herkend zoals door die ene ober die hem kende van de Turkse uitzendingen. Of er voor Witteveen nog meer oriëntaalse avonturen op stapel staat? ,,Voor volgend jaar ben ik weer uitgenodigd. Ik zie er nu al naar uit. Vooral die gastvrijheid die ik daar heb ondervonden maakte diepe indruk op mij.’’
Geplaatst: Amsterdams Stadsblad
Geef een reactie