Max keert terug naar zijn Schepper

Dan was er ook nog Max Hüttenrauch: bijna door Stuyfssportverhalen vergeten. Onterecht! Want aan de wildwesttijd van het stayeren, waar renners én gangmakers met onrustbarende regelmaat als plat geslagen muggen van de baan werden geschraapt,had Max immers wél zijn steentje bijgedragen. Max Hüttenrauch dus, een naam waar beelden bij opdoemen van pickelhelmen, ijzerbeslagen laarzen, kazernes en ander Pruisische mores. Max, afkomstig uit Saksen, was geen soldaat, maar gangmaker uit een ziekelijke dwang. Achter de motor van Hüttenrauch was het niet fijn toeven. Eigenlijk was het daar niet helemaal pluis. Daar kwam Hans Lange ook achter. Te laat. Maar ik ga eerst vertellen over Max’ bedenkelijke doorbraak. En die mocht er zijn. Daarvoor neem ik jullie even mee naar de Keulse wielerbaan van september 1905. Europees kampioenschap met lokale held Willy Schmitter in de favorietenrol. Voor Willy werd dat geen hosanna maar een requiem. Schmitter, met negentig kilometer een klapband, kwam ten val. Het laatste wat de Keulenaar op zijn netvliezen zag was de onheilspellende Hüttenrauch, die met zijn renner Contenet aan kwam razen. Met een zachte ‘blubb’ plette de zware Dürkoppmotor van Max het hoofd van Willy. Waarbij de Sakser zélf werd gelanceerd. Maandenlang kon Hüt in een ziekenhuisbed nadenken waarom uitgesproken hij Schmitter niet kon ontwijken.
Max zat nergens mee. De man maakte een jaar later met renner Willy Brembach weer zijn opwachting. Op wat valpartijen na, onder meer op de wielerbaan van Plauen, volgden vier jaren schadevrij stayeren. Renners als een Günter, Butler, Arens en Ingold, getrokken door Hüttenrauch, konden het ieder geval navertellen.
Dan maakt Hans Lange, een modale stayer afkomstig uit Erfurt, in 1911 zijn opwachting. Hansy ging namelijk een verbintenis aan met Hüttenrauch. Op een tweede plaats na in de Grote Prijs van Neurenberg, kom je Hans en Max niet tegen in de statistieken. Na wat gestumper in 1912 is het 21 september 1913. Hüt en Hans zijn gecontracteerd voor de ‘Theile-Gedächtenis-Rennen’ een stayerskoers gehouden ter nagedachtenis aan de twee jaar eerder verongelukte Fritz Theile. Decor: de levensgevaarlijke wielerbaan van Halle, waar twee weken eerder gangmaker Bachmann dodelijk verongelukte. Halverwege koers hoorden Max en Hans een rare, harde knal. De voorband van Hüts motor was geklapt. Enfin, de bloederige details bespaar ik jullie. Laten we het er maar op houden dat Hans Lange ter plekke de oversteek maakte naar gene zijde. En Maxy? Die werd met zware inwendige verwondingen naar het hospitaal afgevoerd. Diverse operaties verder, onder meer aan zijn nieren, trok Hüttenrauch drie maanden later de deuren van het Krankenlager dicht.
Wat dáárna in Max duistere geest rondging…? Lieber Gott im Himmel mag het zeggen. Maar niet dat Max stopte met zijn linke beroep. Na de ‘Grote Oorlog’ wordt Max weer op de Duitse wielerbanen, met onder meer renners Pawke, Stellbrink, Brummer en Techmer, gesignaleerd. Na een flinke smakkerd met renner Techmer komt de kat op de schouders van Max te zitten. Geen zinnig renner durfde nog achter de man van Saksen te rijden. Max Hütterauch veroordeeld tot koersen met B en C stayers. Op 11 oktober 1926, stayerskoers in Mainz, Max aan de start met achter zijn motor ene Christman. Het werd zijn laatste koers. Max Hüttenrauch, vierenveertig jaar, valt te pletter.

Bron: Radwelt jaargangen 1905 tot en met 1926.

Foto 1: Max Huttenrauch met Willy Brenbach, foto 3: Peter Gunther.

One Response to “Max keert terug naar zijn Schepper”

  1. P.v.Heusden Says:

    Wat een ongelovige verhalen weet je steeds weer te melden. Bedankt, groetjes en tot ziens.


Geef een reactie

error: Inhoud is beschermd!

Ontdek meer van Stuyfssportverhalen

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder