Romantiek

Op de Parijse wielerbaan Buffalo maakte het niets uit wat voor dag het was, want daar was er iedere dag activiteit. Ook op maandag 23 augustus 1909. Waar in het rennerskwartier de gewone activiteit heerste.  Het rennerskwartier, oftewel de boxen. Mooi woord voor obscure houten hokken, waar zich van oudsher duistere zaken afspeelde. Want wie denkt dat wielrenners nobele padvinders op een racefiets zijn, die kun je ook geel geverfde mussen verkopen als zijnde kanaries.

Wie ooit de spelonken van het Amsterdamse Olympisch Stadion had bezocht,  begrijpt dat wel. De boxen van het stadion, waar de verschraalde lucht van kamfer, was-au de cologne, en massageolie zich vermengde met dat van chemische preparaten, afkomstig uit de koffers van de soigneur van dienst.  De rennersboxen ideale  hangplek voor gangmakers waar het scenario voor een duister spel in elkaar werd gezet.

De boxen waar in de zomer van 1941, stayer  Cor Wals – voor aanvang van het nationale kampioenschap stayeren – zich in z’n wielershirt hees. Een shirt voorzien met het logo van de SS. Een actie wat hem de rest van z’n leven tot een paria  bestempelde.

En laten we eerlijk zijn, de rennersboxen zijn ook een belangrijk onderdeel van de romantiek van het oude wielrennen.  Waar deze prachtige foto het bewijs van  is…

Afbranden

De foto zegt genoeg. Want dat ene Francois Vallée  een vreselijke val maakt,  is duidelijk.  Vallée, een derderangs Franse stayer mocht God dankbaar zijn, dat z’n valhelm tijdens de crash op z’n plaats bleef. Een geluk dat bijvoorbeeld Piet van Nek niet had. Bij Van Nek – gevallen tijdens een stayerskoers in het  Leipzig van 1914, – brak het leren bandje van z’n helm. Exit Piet.

Of fotografen anno 1930 over supersnelle camera’s beschikte, daar kan deze blog geen antwoord op geven. Hoogstwaarschijnlijk had de fotograaf gewoon mazzel, dat hij op het moment suprême, z’n  sluiter indrukte. Met resultaat een bizarre foto, die voor zogenaamde kenners geen geheimen heeft. Want dat de bovenste gangmaker een vuil en smerig spel speelde, is duidelijk: dat laatste verdiend  uitleg.  

Vroegere gangmaakmotoren beschikte niet over een uitlaat. Gloeiendhete uitlaatgassen, verlieten ongestoord de motor. Voor een beetje gangmaker, –  een geboren sluwe, opportunist – geen probleem, want die maakte daar dankbaar gebruik van.  Als een renner teveel tegenstand gaf, ging zo’n gangmaker vlak naast zo’n renner rijden. ‘Van de motor afbranden,’ werd dat eufemistisch genoemd. Verhalen van stayers met brandwonden op hun benen zijn bekend. En de stayer die daar geen trek in had liet zich afzakken.   

Op de Parijse Buffalowielerbaan ging het met de inhaalactie mis. De gangmaker in kwestie deed dat té strak, waarbij hij  Vallée raakte. En voor de verontruste lezers:  Francois Vallée blies op  tweeëntachtig jarige leeftijd, z’n laatste ademstoot uit. Het is maar dat U dat even weet…

Bron: Le Miroir des Sports jaargang 1930.

Prefect

Een oekaze. Uitgevaardigd, door het hoofdbureau van de Parijse politie. Het werd de hoofdcommissaris namelijk té gortig. Toeschouwers waren hun leven niet meer zeker. Tijdens lokale stayerskoersen, vloog er iets té vaak een motor de bocht uit. Om stuiterend tussen het opeen gepakte publiek terecht te  komen. Volgens de commissaris waren de snelheden té hoog. Het verbod gold voor de Parijse wielerbanen waar stayers, gegangmaakt door zware motoren, angstaanjagende snelheden haalden. Een zwaar ongeluk op de Buffalowielerbaan, waar zo’n motor uit de bocht vloog, liet op de burelen van het hoofdcommissariaat de stoppen door slaan: (zie het verhaal ‘Bij elkaar geveegd’, elders op deze blog).

Stayerskoersen verbieden durfde de Parijse prefect niet. Daarvoor was de sport té populair, en de Franse stayers volkshelden. Een tussenoplossing werd gevonden. Om de snelheden te verlagen werd de meedraaiende rol – vrijwel achter de motor, –  op bevel, twintig centimeter van het achterwiel geplaatst. Wat om des keizers baard was, want de snelheid bleef té hoog, en  de stayerssport bloedlink.

Ook tijdens de ‘Honderd van Parijs’, gehouden eind oktober 1906. Aan het vertrek de Amerikanen Bobby Walthour, Hugh McLean en de Franse favoriet én wereldkampioen Louis Darragon (zie, foto). Dat Darragon de koers won, vóór McLean en Walthour, zal die commissaris een rotzorg zijn geweest. Ongetwijfeld leunde de man tevreden achterover, dat de koers veilig was verlopen. Waar Hugh McLean en Louis Darragon geen boodschap aan had. Voor hen stond het lot tóch vast.

Op vier september 1909, trainend op de wielerbaan van Boston, met een snelheid van negentig kilometer komt McLean ten val, en sterft ter plekke. Hugh werd 26 jaar. Ook die arme Louis Darragon, ontsnapte niet aan de Zeis. Op vijfendertig jarige leeftijd, na een succesvolle stayerscarrière van meer dan twaalf jaar, staat Louis aan de start van een stayerskoers gehouden in het Velodrome d’ Hiver. Halfweg koers breekt zijn pedaal. Louis Darragon’s uitvaart, werd door duizenden Parijzenaren bijgewoond.

Bron: La Vie au Grand Air, jaargang 1906, Album des Radwelt jaargangen 1909, en 1918.

error: Inhoud is beschermd!
%d bloggers liken dit: