Rochelend, hijgend, met een gescheurde oor én mond, bloedend uit zijn neus, wordt hij de ring uit gesleept. Zijn moeder had haar jongen niet meer herkend. Joseph Smith een vierentwintig jarige joodse bokser afkomstig uit de achterbuurten van Londen had zojuist zijn zesde gevecht achter de rug.
Dat Joseph bijgenaamd Jewey, door zijn manager op een rustige manier het profmilieu binnen geloosd wordt, is hoogst twijfelachtig. Tijdens zijn debuutjaar staat Smith negentien keer in de ring, met elf gewonnen partijen, voor een aankomende boksprof onverantwoordelijk. Na dat bleodige zesde gevecht moet Jewey zich vertwijfeld afgevraagd hebben, of hij wel de juiste sport gekozen had.
Joseph Jewey Smith, versus Sam mc Vea. De laatste een Afro-Amerikaanse zwaargewicht, van vierentwintig jaar, heeft zijn gesegregeerde vaderland de rug had toegekeerd. Amerika het land van onbegrensde mogelijkheden. Maar niet voor een bokser met een donkere huidskleur. Sam mcVea trekt zijn conclusie en pakt in 1907 z’n bokshandschoenen in en neemt de boot naar Frankrijk waar hij vier jaar verblijft. Sam vecht voornamelijk in Parijs, waar hij drieëndertig keer in de ring staaat.
Met mcVea met een gebeeldhouwd, gespierd lijf staat op de Parijse aanplakbiljetten, wat garantie is voor een uitverkocht bokspaleis. Ook op die ene avond in het Parijs van 1908. Plaats van handeling het Bowling Palace, waar plaats is voor drieduizend toeschouwers. ‘Brandpreventie’, is nog onbekend geneuzel. Onder de kreet, ‘schik maar in’, passeren vierduizend liefhebbers de kassa van het Bowling Palace. De Parijse boksliefhebbers ruiken sensatie. Met de arme Jewey in een dubieuze hoofdrol.
Joseph Smith wordt in de eerste ronde meedogenloos door mcVea neergehaald. Smith mag dan kanonnenvoer zijn, maar de man beschikt wel over een groot vechtershart. Liefst tien keer ziet hij het canvas van zeer dicht bij. Om telkens op te staan. Tot de derde ronde. Waar Jewey, zwaar gehavend, definitief het licht uit ziet gaan.
Dat in het zogenaamde verlichte Parijs, ook niet zó fris tegen de zwarte medemens werd aangekeken onderschrijft sportjournalist, Jacques Mortane. Of zoals Mortane in zijn verslag schrijft: ‘Wij haten het te zeggen dat de neger met groot gemak als overwinnaar tevoorschijn kwam. Maar hij sloeg wel elf keer Jewey neer’.
Sam mcVea, man met eelt op z’n ziel, verblijft vier jaar in La France. Vecht daarbij drieëndertig partijen en verliest daarvan maar één. En zoals het met dat soort jongens toegaat, ook Sam wordt door zijn manager besodemieterd. Nog geen veertig jaar oud, sterft Sam mcVea berooid. ijn graf en begrafenis wordt betaald door bokslegende Jack Johnson.
Bron: La Vie au Grand Air jaargang 1908. Foto: Jewey Smith.

Geef een reactie