Site pictogram Stuyfssportverhalen

Negende

Hupsakee! Daar ging er weer één. Even voor dat het weeë geluid van zacht vlees op hard beton klonk, kreeg Eugene Bruni een klapband.  Met tachtig kilometer stuiterde Bruni tegen het beton. Bewusteloos,  op een brancard,  afgevoerd richting het hospitaal. Waar de priester van dienst al klaar stond met de laatste sacramenten. 

Voor Bruni’s leven werd geen centiem gegeven. Maar God was genadig die dag. De Heer had zijn grenzen. In  zijn eigenste hemelse paradijsje,  werd het  opvallend druk met die malle stayerende jongens.  In dat goddeloze jaar 1904, had Hij al acht dood gevallen stayers mogen verwelkomen.  Bruni, twee dagen later wakker geworden met een knallende koppijn, ontsnapte als negende. Als stayer mocht de man  dan wel regelmatig zijn leven op het spel zette, maar helemaal van de pot gerukt was hij ook nou weer niet.

Van een oude cavaleriehelm knutselde hij een valhelm. Een maand later zal hij de Heer op z’n knieën gedankt hebben. Bruni mét helm, én een contract voor een stayerskoers  gehouden op het Parc des Princes. Tegenstanders  Walthour en George Leander, 22 jaar, afkomstig  uit Chicago. De laatste, razend, zonder valhelm achter gangmaker Cissac, kwam ten val en kwam terug in Chicago in een loden doodskist.

Parijzenaar Bruni, zoon van straatarme Italiaanse ouders, werd gelokt door het grote geld  dat op de Duitse wielerbanen te verdienen was. Acht seizoenen was Bruni regelmatig op de levensgevaarlijke banen actief, won vijfentwintig grote koersen, goed voor bijna tachtigduizend goudmark.

Getuigen van de dramatische afgang  van Eugene Bruni, gefotografeerd en afgedrukt in een groot Franse sportmagazine, hadden nooit kunnen vermoedden dat Bruni, pas in 1956 op tweeënzeventig jarige leeftijd zijn laatste adem uitstootte.

Bron: La Vie au Grand Air, jaargang 1904.

Mobiele versie afsluiten