Tweede garnituur met een betonnen schedel

Copy of darragonhofmann‘Goedverdoeme dat wordt weer overwerken’. Jef,  timmerman van dienst, zag de bui hangen. Een splitsecond voor  Jefs woede-uitbarsting testte een gangmaakmotor de kwaliteit van de balustrade. En die was niet best. Waar eens een houten hekwerk de wielerbaan scheidde van het publiek, restte nu een splinterbak van drie meter lang. Dat het bloed van de tribune droop ontging Jef, druk met zijn timmerkist. En de  ochtend was nog zo mooi begonnen. Zondagmorgen 5 juli, 1914, stralende dag voor het Antwerpse grauw. Voor wie de vrije zondag begon als gewoonlijk: eerst ging de directoire van moeders uit, vervolgens de heilige mis, een pint in het staminee, en dan naar de Zurenborg-wielerbaan. Voor een stayerskoers over honderd kilometer. Aan het vertrek Willy Appelhans, Raymond Leviennois, Yvar Goor, Louis Darragon en Jan van Gent. 
Met Darragon, tweevoudig wereldkampioen als dé publiekstrekker: niet alleen in atletisch opzicht. Bij Louis was het inferno nooit ver weg. De man had daar een patent op. Louis keek met enge regelmaat in de afgrond van het leven.  En als dan ook nog eens die gekke Jan van Gent aan de start staat… Spektakel verzekerd.
Aan Jan van Gent, modale stayer afkomstig uit West-Friesland, zat een steekje los. Jan, ‘losse handjes’, was berucht. Gaf ooit, tijdens een koers met zo’n tachtig in het uur, een tegenstander een muilpeer. Met die snelheid een prestatie op zich. Voor de Duitse wielerbanen, de Premier League van het stayeren,  was Jan een maatje te klein. De West-Fries schraapte zijn karige loon bijeen in het kleine circuit van de  obscure, vrijgevochten wielerbanen van Nederland en België. Copy of janvamgendtkaiser
En juist dáár kukelde de haan van de anarchie vrolijk. Van die wielerbanen waar officials per definitie een vuiltje in de ogen hadden. Waar het ruig aan toe ging. Ook op de Antwerpse Zurenborgbaan op die ene mooie zondag in juli, waar tijdens de vierentwintigste ronde  Yvar Goor, in volle snelheid van motor moet wisselen.  Waarbij er iets gebeurde dat stayeren zó fijn maakt. Waar sport naadloos overging in horror. Met in de hoofdrol Albert Käser, gangmaker van Van Gent. Want die stuurde, bij Goor’s manoeuvre,  iets té scherp omhoog. Waarmee de deur van de hel op een kiertje werd geopend. Albert Käser kwam ten val. Jan van Gent meesleurend. De aanstormende Darragon achter gangmaker Gaudrieller kon niets anders doen dan dwars door Jefs balustrade rammen. Motor, gangmaker én renner kwamen tot stilstand in de overvolle ‘tweede rang’. 
Dan even voor de medische statistieken: drie Antwerpse liefhebbers werden verpletterend. Albert Käser werd bewusteloos mét een gespleten schedel onder zijn motor vandaan getrokken. Gaudrieller en Darragon waren in shock.
zurenborgbaanEn Jan van Gent? Na een vrije vlucht van meters kwam Jan op zijn harses terecht. Jan van Gent, mocht dan een stayer van het tweede garnituur zijn,  maar beschikte wél over een schedeldak van gewapend beton. Bij bewustzijn mét vreselijke wonden over zijn lijf werd Jan in de ambulance geschoven.
Foto 1: Louis Darragon achter Franz Hoffmann. Zowel Louis als Franz Hoffmann vonden de dood op de wielerbaan. Foto 2: Jan van Gent met gangmaker Kaser op de Zeeburgwielerbaan, Amsterdam.

Bron: Nieuwe Tilburgse Courant jaargang 1914.

Geef een reactie

error: Inhoud is beschermd!

Ontdek meer van Stuyfssportverhalen

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder