Het oude schip zonk uiteindelijk

Een schok! Een slag voor het blanke ras. Een Afro-Amerikaan die de wereldtitel greep bij de zwaargewichten.  Jack Johnson won als eerste zwarte, in 1908  de wereldtitel bij de zwaargewichten. Een titel voorbehouden aan  de ‘witte man’.  Jack Johnson de vleesgeworden nachtmerrie van het  ‘diepe donkere zuiden’ en ander racistisch  Amerika. Nadat de klap verwerkt was, werd gepoogd ‘om de waardigheid van het blanke ras tegen den negerbokser te redden’, zoals de Amerikaanse kranten schreven. Een zoektocht naar een blanke uitdager werd gestart: Jim Jeffries was de uitverkorene.
Jim, granieten kin, ijzeren conditie. Hield er een straf trainingsschema op na. Werd wereldkampioen bij de zwaargewichten in zijn dertiende partij. Sloeg tijdens een titelgevecht binnen vijfenvijftig seconden een tegenstander knock-out,  ging zelf nóóit neer, en als extraatje brak hij bij meerdere tegenstanders de ribben. Maar dat was verleden tijd. Want Jim Jeffries was al zes jaar met pensioen.
Gelokt door een enorme publieke druk én  een gigantisch zak gevuld met veertigduizend dollars haalde  de the Great White Hope’ zoals de hele Amerikaanse sportpers hem noemde, zijn bokshandschoenen van de muur.  Foute beslissing. Dat begon bij Jim zelf ook langzaam te dagen.  Jeffries, zes jaar op de veranda van zijn boerderij gezeten, kaal en dik geworden leek hij in niets meer op het gespierde blok graniet van voorheen.


Het komende gevecht Jeffries-Johnson beheerste de kranten van de oost tot de westkust.  Amerika stond op zijn kop, en Jeffries onder druk. De man kreeg, wat ze nu noemen, last van stress. The Great White Hope, geen racist, had als vaste sparringpartner de zwarte Bob Armstrong, was  totaal uit vorm, veertig kilo  te zwaar, en miste de scherpte en de reflexen. Jim begon met de moed der wanhoop te trainen.
Het gevecht, vijfenveertig ronden van drie minuten werd gepland op vier juli 1910 en vond plaats in Reno, Nevada. Een frontierstadje net bekomen van de wildwestperiode, werd overspoeld met dertigduizend liefhebbers. Voor een afstraffing van een zwarte bokser moest je als witte liefhebber iets over hebben. De kaartjes kosten tussen de  vijfentwintig en  tweehonderd dollar. In een zinderende hitte wist de blanke hoop de eerste ronden partij te geven.  Tot de vierde ronde. Na een vreselijke ‘hoek’ geïncasseerd te hebben, zag  Johnson een vreemde blik in de ogen van Jeffries. ‘Het oude schip was aan het zinken’, verklaarde Johnson, poëtisch  tegen de New York Times.  In de vijftiende ronde maakte Jack het karwei af, en zag  Jim Jeffries voor het eerst de canvasvloer van dichtbij. Met wankele benen stond de voormalige kampioen op. Voor zijn manager een rede om de handdoek in de ring te werpen.  Een afgang werd Jim Jeffries  bespaard.
Volgende maand is het precies zestig jaar geleden dat Jim Jeffries, op bijna achtenzeventigjarige leeftijd, definitief knock-out ging. In 1990 werd hij opgenomen in de International Boxing Hall of Fame.

Foto 1: Jim Jeffries in volle glorie, Foto 2: The Great White Hope versus de nachtmerrie van blank Amerika. Foto 3: Het oude schip lijdt schipbreuk.
Bron: Boxing Record, New York Times, digitale jaargang 1910, Sportief, Wikipedia, Eric van Oostrom.

One Response to “Het oude schip zonk uiteindelijk”

  1. Pedro van Raamsdonk Says:

    Heel mooi verhaal.


Geef een reactie

error: Inhoud is beschermd!

Ontdek meer van Stuyfssportverhalen

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder