Fluks’ avonturen in Spanje

Als jonge talentvolle basketballer ben je in Nederland mooi gesjocht. Vergeet die jarenlange droom maar om op topniveau te spelen! Ga maar lekker, met al je talenten, op het buurtpleintje basketballen, want clubs nemen liever een stel duurbetaalde derderangs Amerikanen dan eigen jeugd. Gedesillusioneerd stoppen de meesten. Simon Fluks liet het er niet bij zitten en ging zijn basketbaltalent in Spanje te gelde maken. Hij belandde in de wereld van topsport, zwart geld, staking, en een faillissement.
Hij kreeg bijkans eelt op zijn kont. Anderhalf jaar zat hij, als wisselspeler, op de bank bij profclub Amsterdam. Hij werd geacht daar blij mee te zijn. Sterker, hij moest het maar zien als een eer. Want om als broekie van amper achttien jaar een piepklein contractje bij basketbalclub Amsterdam te krijgen, is niet iedere basketballer gegeven. Maar niet voor Simon Fluks! Had hij zich daarvoor jaren alles ontzegd, zich de pletter getraind? Goddank kwam daar opeens de kans om te ontsnappen aan die vermaledijde bank.
Belediging
‘Halverwege het seizoen 2007 kreeg ik een aanbieding uit Spanje om daar te komen spelen’, vertelt Fluks. ‘Van Amsterdam mocht ik niet weg, die hield me aan mijn contract. Dat was jammer maar begrijpelijk. Maar wat ik niet begreep: dat ik een week later uit de selectie werd gegooid en in het tweede moest spelen. Het bestuur zag het als een persoonlijke belediging dat ik weg wilde. Ik moest het namelijk een eer vinden dat ik er bij zat.’
Profclub Weert liet dat buitenkansje niet liggen en lijfde de Amsterdammer direct in. Maar ook in Limburg lijden ze aan de ‘Amerikaanse ziekte’. Na een aanvankelijke goede start werden zeven Yanks aangetrokken. Exit voor Fluks, 21 jaar, die geen andere mogelijkheid zag dan over de grenzen te kijken. ‘Ik benaderde een mij bevriende spelersmakelaar die in Spanje actief is. Die regelde voor mij een contract bij Lerida, een Catalaanse club uit de derde divisie waar ik halverwege december aan de bak kon. Bij Lerida, die grootste plannen had om door te stoten naar de top, kwam ik terecht in een geolied team. Dat was wel lastig om direct hun spelsysteem door te krijgen’.
Immigrant
De eerste maanden moest Fluks erg wennen. Het spel blijkt daar niet alleen veel sneller te zijn maar ook het communiceren ging heel moeizaam. ‘De coach sprak geen woord over de grens en tijdens time-outs ratelde hij in het Spaans tegen mij wat ik fout deed. Uiteindelijk ben ik op Spaanse les gegaan.’
Als ‘immigrant’ moet je je aanpassen. Wat dat betreft geen probleem met Fluks, geboren en getogen in de schaduw van de Westertoren. Dat hij een appartementje met drie andere spelers moest delen, maakte hem geen zier uit. ‘Dat huisje werd iedere dag schoongemaakt en er was een kok die voor ons kookte. Dat was allemaal goed verzorgd. Ook mochten wij gratis gebruikmaken van een fitnesscentrum, gevestigd in hetzelfde gebouw. Ik had het er wel naar mijn zin.’ Maar er waren toch van die kleine dingen die Fluks aan het denken zetten. Zoals de manier van betalen. ‘Ik kreeg iedere maand mijn geld, maar niet zoals ik dat gewend was. Dat werd namelijk uitbetaald in een witte enveloppe. Dat geld was volgens mij zo zwart als steenkool. Maar zolang ik dat kreeg vond ik het wel prima.’
Spaargeld leven
Kortom Fluks kon lekker ballen, kreeg op tijd zijn poen, voor zijn natje en droogie werd gezorgd, en het team draaide aan de top als een trein. Maar zoals in ieder sprookje gebeuren er onverwacht rare en vreemde zaken. ‘Eind februari kwam de club in problemen en kregen wij geen geld meer. Tot eind april moest ik van mijn spaargeld leven. Werk jij voor niks’, antwoordt hij op de vraag of er toch gespeeld werd. ‘Wij gingen een week in staking en uiteindelijk kregen wij ons geld. Ik als eerste. Dat had er mee te maken dat ik buitenlander was. Inmiddels is de club failliet en is Fluks weer terug in Mokum, waar het op basketbalgebied ook kommer en kwel is. ‘Bij de Nederlandse clubs heeft de recessie flink toegeslagen. Er zijn al een paar verenigingen failliet of hangen aan een zijden draadje. Ik heb nu contact met een team maar dat is nog heel prematuur.’
Een profsporter is net een auto. Laat je die te lang stil staan dan komen er geheid problemen. Fluks beseft dat als geen ander. ‘Iedere dag train ik urenlang in de Apollohal. Met een aantal topspelers waaronder de in Amsterdam vakantie vierende NBA-prof Francisco Elson, spelen wij partijtjes. Dat doen wij over twee speelvelden zodat er flink gerend moet worden. De andere uren zit ik in de sportschool. Ook heb ik mijn studie commerciële economie weer opgepakt. Ik ben bezig mijn scriptie te schrijven.’
Voorrang
Over zijn toekomst als basketballer maakt Simon Fluks zich de nodige zorgen. In eigen land is er voor een jonge ambitieuze basketballer geen droog brood te verdienen. Spanje met zijn tientallen profclubs, dát is het beloofde land. Maar daar is het ‘eigen volk eerst’.
‘Ik wil graag terug, maar daar zitten ze niet op mij te wachten. Spaanse clubs zijn iets anders dan hier in eigen land. Daar krijgt de jeugd wél voorrang. Maar wel eigen jeugd, hè. Het is heel moeilijk om daar tussen te komen.’

Geplaatst in Mug, Juli 2010 Foto’s: Hilco Koke

Posted in Diverse. Tags: . 1 Comment »

One Response to “Fluks’ avonturen in Spanje”

  1. Fluks’ Avonturen In Spanje « iBasketball Says:

    […] Stuyf Sportverhalen, André Stuyfersant – Als jonge talentvolle basketballer ben je in Nederland mooi gesjocht. Vergeet die jarenlange droom maar om op topniveau te spelen! Ga maar lekker, met al je talenten, op het buurtpleintje basketballen, want clubs nemen liever een stel duurbetaalde derderangs Amerikanen dan eigen jeugd. […]


Geef een reactie

error: Inhoud is beschermd!

Ontdek meer van Stuyfssportverhalen

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder