De erfenis van Roetmop

Bijna was een groot stuk Amsterdamse sportgeschiedenis bij het grof vuil gezet. Twee overvolle dozen, afgeladen met krantenknipsels, tientallen unieke actiefoto’s, diploma’s en medailles vertegenwoordigde de complete carrière van John Schlebaum: ooit een topstayer tussen de twee wereldoorlogen in.
Na zijn overlijden in 1966 zwierf de verzameling door de familie en dan komt er een moment dat de vraag gesteld wordt wat ze met ‘die troep’ moeten. Gelukkig zijn er mensen met gevoel voor sporthistorie zoals Dorus Pronk, 27 jaar. Hoe hij aan zijn unieke verzameling kwam? Familiebezit! John Schlebaum was de oudoom van zijn moeder!
Schlebaum is nu weg gezakt in het collectieve sportgeheugen maar er was een tijd dat wekelijks de complete Jordaan de tribunes van het toenmalige Stadion bevolkte. En ze kwamen allemaal om Johnny, zoon van een schoorsteenveger uit de Lindendwarsstraat, achter de motor te zien rijden.
Stayer John Schlebaum was niet alleen de ongekroonde koning van zijn buurt, maar ook mateloos populair in binnen- én buitenland. Het was de tijd dat stayers de absolute vedetten van de wielersport waren.
Schlebaum was geen getalenteerde rolrijder wat weer goed gemaakt werd door zijn enorme vechtlust. Johnny gaf altijd waar voor zijn geld, vocht van start tot finish. De schoorsteenvegerzoon kende het woord ‘ho’ niet: wat stayers roepen naar de gangmaker als het te hard gaat. Zat vaak rondenlang los van de motor en knokte zich ook terug. Kreeg de bijnaam ‘roetmop’, naar de stiel van zijn vader en was vermoedelijk de eerste sporter die met een heuse yell werd bedeeld. Als Johnny, achter Jan Slesker, weer eens ter aanval trok brulde het hele stadion ‘hoeiii’
, de aloude schoorsteenvegerkreet. Werd vier keerkampioen van Nederland en evenveel keren kreeg hij in de Jordaan een heldenontvangst waarbij het pierement niet ontbrak.
Mocht na de koers graag een sigaar opsteken wat een groot sigarenfabrikant op het idee bracht om de Schlebaumsigaar op de markt te brengen. Opende na zijn carrière, hoe kan het ook anders, een sigarenzaak.
En nu is Johnny’s hele carrière belandt bij een achter-achterneef. Dorus Pronk, zelf actief wielrenner, koestert het familiebezit, liet Schlebaums kampioensdiploma inlijsten, en heeft zijn oud-ooms medailles eerbiedig op een fluwelen doekje gespreid. Speciaal voor Stuyfssportverhalen
werden de dozen geopend waaruit een stroom onvervalste Mokumse maar ook vaderlandse sportgeschiedenis tevoorschijn komt waarbij handgeschreven ansichtkaarten, verstuurd tijdens tournees aan zijn vrouw, niet ontbreken.
Dat was een heerlijk avondje ‘terug in de tijd’ met Pronk als reisgids waarbij hij verbijsterd opmerkte dat de vier kampioensshirts, zo’n tien jaar geleden, in de vuilnisbak waren verdwenen, omdat ze motgaten vertoonden….

Als jullie nog niet op mijn boek “Flirt met de Dood’gestemd hebben…tot 21 april is dat mogelijk! http://nicoscheepmakerbeker.nl/index.php?module=boeken&s=lijst#WIELRENNEN

 

5 Responses to “De erfenis van Roetmop”

  1. Ron Blom Says:

    Toen ik André gistermiddag tegenkwam bij de opening van de Giromania tentoonstelling in het Stadsarchief Amsterdam, vertelde hij me al van deze fantastische vondst. Zeer attent van Dorus Pronk om het archief van John Schlebaum in veiligheid te brengen. Zo wordt de erfenis van roetmop Schlebaum letterlijk en figuurlijk gered van de vergetelheid. Mocht Dorus Pronk een meer definitieve plek zoeken waar dit brok wielergeschiedenis kan worden ondergebracht, dan houdt het Stadsarchief Amsterdam zich van harte aanbevolen.

  2. Wim van Gompel Says:

    Hallo Dorus,

    Gisteren werd ik gebeld door ene Janny Groen. Ze had de kwartierstaat over mijn vader ergens op het internet gelezen. Haar moeder is een dochter van een broer van John Schlebaum. Een zus van John (Elisabeth) is de moeder van mijn vader en dus mijn oma. Mijn vader kon heel goed opschieten met John en ze fietsten ook vaak samen. Mijn pa heeft nog een blauwe maandag gepoogd om in de voetsporen van zijn oom te treden maar na een flinke val hing mijn pa zijn racefiets aan de wilgen. In mijn voornamen (Wilhem Herman) ben ik trouwens vernoemd naar de pa van John. Mijn pa en zijn zus kwamen bijna dagelijks over de vloer bij de Schlebaums; eten, honden uitlaten en na de vroege dood van Elisabeth hebben Oma en Opa Schlebaum de kleinkinderen fantastisch opgevangen. Mijn pa had het er altijd over. In het geval je nog foto’s mocht hebben waar wellicht mijn pa of mijn oma (de zus van -eveneens mijn oudoom – John Schlebaum) op staan dan houd ik me warm aanbevolen. Ik vind het fantastisch dat je de oude stukken allemaal hebt kunnen behouden. Hoor graag

    Groeten,
    Wim

    • Janny Groen Says:

      Ik ben dus inderdaad DE Janny Groen. Mijn grootvader(Joost Hendrik) was een broer van John. Ook ik heb een racefiets bereden. Eigenlijk nooit in het concept van Oom Johny geplaatst. Zo’n 5 jaar heb ik deze sport beoefend, zelfs een fiets naar mijn lichaamslengte laten samenstellen.
      Helaas heb ik 10 jaar geleden een flinke smakkert gemaakt en daar nu nog de nodige problemen van. Ik hou het nu maar op Nordic Walken, past beter bij mijn leeftijd.
      Wij (neven en nichten) kwamen geregeld in de sigarenwinkel van Oom Johny bij het Spreeuwenpark in Amsterdam Noord.
      Zijn er foto’s? Ik heb een Genealogisch Rapport van mijn familie samengesteld en ben dit nu aan het verfraaien door o.a. foto’s bij te voegen.
      Wim een mooie reactie. Groeten Janny

    • Hans Schlebaum Says:

      Beste heer van Gompel,

      Wat die Janny Groen u vertelt over John Schlebaum klopt niet. John had zijn sigarenwinkel in de eerste Lindendwarsstraat op nummer 7. In het hartje van de Jordaan dus. Daar kwam mijn opa geregeld zijn sigaren kopen. Op de foto, links van John kunt u mijn opa zien. Mijn opa was ook een goede wielrenner omdat hij over veel technisch inzicht van wielrennen beschikte. Plus wedstrijd inzicht. Plus heel erg sterk was. In een boek wordt mijn opa geprezen over zijn boks kwaliteiten. Wat hij naast het wielrennen ook nog eens deed. Hij kon zo goed wielrennen dat hij gratis twee racefietsen en bijbehorende spullen kreeg aangeboden van een sponsor. Op voorwaarden dat hij professioneel wielrenner zou worden. Daar zijn vrouw zwanger werd heeft hij toch maar gekozen om de zaak van zijn vader over te nemen. I.p.v. wielrenner. Als John moest werken in de zaak van zijn vader kneep hij er tussen uit en ging trainen. Mijn opa en zijn broers namen de dienst van John over, zonder dat zij dit vertelde tegen hun vader. Zodat John de tijd kreeg om te trainen. Door zijn inzicht over wielrennen ging mijn opa altijd mee met John. Op cruciale momenten in het heetst van de wedstrijd gaf mijn opa onopvallend aanwijzingen aan John. Die alleen John begreep. Bij de start duwde mijn opa niet alleen John aan maar ook de gigantische zware motor van de gangmaker. Later kwam de geweldige gangmaker Massicot erbij om voor John te rijden. De motor van Massicot mocht er ook wel wezen. Massicot paste bij de spectaculaire rijstijl van John. Mijn opa kreeg een bijzonder vriendschap met Massicot. De derde broer, Leendert, heeft een korte tijd aan wielrennen gedaan. Ik hoop dat u deze informatie leuk vindt om te weten.

      Ja alle hulde aan Dorus Pronk, voor zijn zorgvuldigheid. Goed gedaan.

      Met een warme groet,
      Hans Schlebaum

  3. Hans Schlebaum Says:

    Beste heer van Gompel,

    P.S.
    Tweede correctie.
    Volgens bovenstaand artikel kwam de familie uit de Lindendwarsstraat. Dat is niet zo. Mijn betovergrootouders woonden namelijk in de Lindenstraat op nummer 54.

    Met een warme groet,
    Hans Schlebaum


Laat een reactie achter bij Wim van GompelReactie annuleren

error: Inhoud is beschermd!

Ontdek meer van Stuyfssportverhalen

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder