Voor Stuyfssportverhalen was schaatser Atje Keulen-Deelstra één van de weinige sportheldinnen. En dan niet alleen om haar prestaties. Atje had het lef om de strijd aan te gaan met die machtige onaantastbare fossielen van toenmalige bobo’s van de KNSB, die haar te oud vonden om haar op te nemen in de kernploeg.
Atje Keulen-Deelstra – moeder van drie kinderen – had de pech dat het meldpunt tegen ‘Leeftijdsdiscriminatie’ nog uitgevonden moest worden. In 1970 waren sportende meiden hooguit programmavulling. Schaatsende moeders op leeftijd waren niet alleen hoogst verdacht, maar golden ook nog als ontaarde moeders.
Atje had daar lak aan, gooide haar Friese kont tegen de krib en flikte het evengoed. Hoe het met haar sportcarrière is verlopen weten nu wel. En voor de onwetende: na haar dertigste jaar werd ze drie keer wereldkampioen, evenzoveel keer de beste van Europa, won Olympische medailles, en vier keer Nederlands kampioen.
Atje, feministe zonder dat te beseffen, was de wegbereider voor al die hedendaagse rennende, fietsende, schaatsende en andere sportieve moeders die dan ook schatplichtig aan haar zijn. Atje Keulen-Deelstra op oudejaarsdag vijfentachtig jaar geleden geboren, vertrok tien jaar geleden naar de Schaatshemel, waar het Grote Rayonhoofd altijd garant staat voor prachtig, vers gedweild ijs.
foto: Guus de Jong